We voelen meteen een
positieve klik bij Khamman, die in zijn kleine kantoortje informatie geeft
aan alle toeristen. We zijn dan ook heel blij dat hij ons de komende 2
dagen wil gidsen. Vooraleer we beginnen met stappen rijden we eerst een uurtje met de tuktuk.
Onderweg houden we halt bij een markt. We houden ervan om op de markten rond te
lopen. Dit is echt 'the place to be' om lokalen te ontmoeten. In het Noorden
wonen veel minderheden. Ze komen vanuit de bergen naar de markt in het dal om
hun waren te verkopen. Voor de meesten onder hen betekent dit enkele uren
stappen. De (lekkere) Lao whisky
wordt in deze streek gebrouwen. Vele, vele
liters van de rijstwijn wordt
dagelijks klaargemaakt. Vooral voor eigen gebruik. In oorsprong begon er 1
familie met het brouwen, maar dit was zo winstgevend dat het hele dorp nu
Lao-lao brouwt. We zwaaien onze tuktukchauffeur uit en beginnen met onze tocht. Heel mooie vergezichten
en 2 heel tevreden Belgen zijn onderweg. In een Khmu-bergdorp houden we even halt. Khamman kocht medicijnen en geeft die weg. Even verderop zit een moeder met veel pijn
aan haar gezwollen wang. Als er iets fout
loopt met de gezondheid in deze moeilijk bereikbare
bergdorpen is het altijd zo schrijnend. Ze ging al naar een ziekenhuis in Vientiane waar de dokter haar adviseerde om te
opereren. Daarvoor heeft ze geen middelen... het grijpt
ons aan , maar het enige wat we kunnen doen is haar enkele pijnstillers schenken. Hiervan worden we even stil. Khamman gidst niet zoveel meer en we gaan naar een Akha-dorp waar hij 10 jaar geleden ook kwam met toeristen. Het is
zondag, onderweg komen we studenten tegen die op weg zijn naar beneden. Ze dragen hun
rijst en voedsel voor een hele week mee. Wat wij nu stappen voor ons plezier
doen zij elke week 2x. We zijn in de bergen en dit hoeft geen verdere
uitleg wat klimmen en dalen betreft. We zien grote papavervelden, niettegenstaande er erg hoge boetes op het telen staan. Het is overduidelijk dat ze het er toch op wagen om hun opiumgebruik op peil te kunnen houden. In het Akha dorp geen
grote welkom.
Integendeel, de mensen zijn zeer schuw en verstoppen zich. We zien
zoveel mooi geklede vrouwen, maar ze laten zich niet zomaar fotograferen. Wij zijn 'fallangs', vreemdelingen en worden gelinkt aan al het negatieve van de Franse
kolonisten. Gelukkig dat er enkelen Khamman nog herkennen. Zo wordt het ijs een
beetje gebroken. Ik ben heel blij dat ik van een vrouw een armband kan kopen. Ze
maken die zelf en alle vrouwen dragen meerdere armbanden. De tribels stellen
geen hoge eisen, of stellen al helemaal geen eisen aan netheid. Alles is erg
vies en vuil, we veronderstellen dat ze de kleren van de kinderen nooit wassen.
De vrouwen ontmoeten elkaar bij de enige waterbron in het dorp maar verder gaat
er niemand
heen. Boven het vuur hangen ratten te drogen. ‘t Schijnt dat ze
lekkerder smaken als ze gerookt zijn?? Ze hebben totaal andere normen die wij
willen respecteren want wij zijn de indringers. We kunnen ons een beetje
verzoenen met hun andere traditie die zegt dat
vrouwen eens ze getrouwd zijn nooit geen schoeisel meer mogen dragen of
een andere taal spreken. Maar wij kunnen geen respect voelen met hun norm die
zegt dat een vrouw die een tweeling
baart een stuk bezetenheid over haar heeft. Daarom moet ze voor 2 weken met
haar pasgeboren tweeling de jungle in en ze moet éen babytje laten verdwijnen.
Als ze terugkomt in het dorp met 1 baby is er feest en wordt er een varken
geslacht. De overheid verbied dergelijke praktijken maar ze leven zo afgezonderd dat de meesten die wet niet naleven. Heel af en toe durft een moeder één baby in een tehuis droppen. Maar nooit houden ze de twee kinderen. Ze leven in de bergen en telen enkel rijst, een wisselteelt waar ze 10 jaar tussen laten om op een zelfde plaats te telen. Groenten kweken ze niet omdat ze enkel leven van dat wat ze in de natuur vinden. Na enkele uren zijn de mensen niet meer zo schichtig maar het blijft moeilijk om met hen contact te nemen. Ze leven gelaten en missen naar ons aanvoelen vrolijkheid. Tijdens het eten is er een hele ceremonie, die vooral te maken heeft met heel wat lao-lao drinken. We nippen aan ons glaasje maar zij nemen shots (is alles in 1keer), en
dit vier keer voor elke maaltijd, ook 's morgens. Dit gebruik geldt enkel voor de mannen. Ze kennen er wat van en houden zo de whiskyhandel recht. Eens het donker is valt het leven stil. We gaan moe en voldaan slapen. We zijn blij dat we in onze eigen slaapzak kunnen duiken want de dunne matras en het deken zijn verre van fris. Het regende bijna aanhoudend de voorbije nacht. Een grote ramp voor de opiumgebruikers, want de stortregen vernietigde hun veld. Voor ons een kleinere ramp maar ook niet vanzelfsprekend om met kilo`s modder aan onze voeten de slipperige afdaling aan te gaan. Een groepje jonge meisjes stapt met ons mee, want ze moeten de jungle in om voedsel. Momenteel is het de periode van bamboescheuten vinden. Dit neemt voor hen
een hele dag in beslag. Een Akha man stapt voor om met de bijl de weg in de jungle vrij te kappen. We volgen de buffelroutes en hebben bijna vijf uren nodig voor de moeilijke afdaling. We eten onze lunch in een 'Taï-Dame'dorp. Hier is een totaal andere sfeer. Heel vriendelijke mensen die erg openstaan voor de buitenwereld. Deze mensen zijn trots en kunnen zeer fraaiie dingen maken voor eigen gebruik. Ze gebruiken vele mooie kleuren in hun borduurwerk. Hun hutten hebben meer daglicht en we voelen dat ze meer gesteld zijn op gezelligheid. We moeten nog enkele keren het water over om onze laatste kilometers op betere weg af te leggen. Na een uurtje tuktuk nemen we in Muang Khua afscheid van Khamman. Hij verwende ons met
Geen opmerkingen:
Een reactie posten